Een combinatie van radiotechniek en sport

ARDF staat voor Amateur Radio Direction Finding. Het is ook bekend als radio-oriëntatie of “vossenjacht” en is verwant aan oriëntatielopen. In België wordt het vooral beoefend door radioamateurs en personen uit hun omgeving. Sport, natuur en techniek, doen.

Het doel is om zo snel mogelijk 5 “bakens” (radiozenders met laag vermogen) op te sporen met behulp van een ontvanger met een richtingsgevoelige antenne. Verder mag men gebruik maken van kaart en kompas. Maar het gebruik van GPS is uit den boze. Het hele gebeuren is te voet, wat voor een sportieve component zorgt.

De uitslag wordt bepaald door het aantal opgespoorde bakens, bij een gelijk aantal bakens wordt naar de looptijd gekeken.

Om een eerlijk verloop van de wedstrijd te waarborgen is de wedstrijd individueel en starten er om de 5 minuten enkele (1 tot 5) deelnemers. De startvolgorde wordt door loting bepaald.


Een goede lichamelijke conditie is een pluspunt, maar je resultaat zal toch in eerste instantie bepaald worden door je technische vaardigheid: snel en juist gebruik van je ontvanger, nauwkeurige peilingen uitvoeren, goed inschatten van afstanden op basis van de veldsterktes. Verder kan je mits goed gebruik van kaart en kompas de beste looproute (of wandelroute) kiezen. Pas op de derde plaats komt het loopvermogen.

De afstand (kortste weg van de start via de 5 bakens naar de aankomst) bedraagt in België meestal 4 tot 6 km.
Bij internationale wedstrijden kan dit oplopen tot 10 km.

De ARDF bakens werken op 80 meter (3,6Mhz) of op 2 meter (144Mhz) en zenden een morse code uit (zie identificatie van de bakens).
De propagatie van de radiogolven en ook de peiltechniek zeer verschillend voor beide banden. Over het algemeen is 80 meter de meest geschikte band om met ARDF te beginnen.

identificatie van de bakens

nummermorse codeidentificatie
1

— —    — — —   •

2— —    — — —   ••
3— —    — — —   •••
4— —    — — —   ••••
5
— —    — — —   •••••
MO (finish)— —    — — —
Volgende